Wie heeft God gemaakt?

Bekijk deze bladzijde in het: Engels (English)

Photo copyrighted. All rights reserved.

Een aantal sceptici stelde deze vraag. Maar God is per definitie de ongeschapen Schepper van het universum, dus de vraag ‘Wie heeft God geschapen?' is onlogisch, net zoiets als ‘Met wie is de vrijgezel getrouwd?’

Een meer geoefende denker zou misschien wel kunnen vragen: ‘Als het universum door iets ontstaan is, waarom God dan niet? En als God niet door iets ontstaan is, waarom is het universum dan wel door iets in werking gezet?’ Als antwoord hierop zouden Christenen de volgende redenatie kunnen volgen:

  1. Alles dat een begin heeft is ergens door teweeggebracht.1

  2. Het universum heeft een begin.

  3. Daarom moet het ergens door teweeggebracht zijn.

Het is belangrijk om de woorden met vette letters te schrijven. Het universum moet wel door iets ontstaan zijn, want het heeft een begin, zoals men hieronder kan lezen. God, daarentegen had geen begin, dus heeft Hij ook niets of iemand nodig om Hem teweeg te brengen. We willen even onder uw aandacht brengen, dat de relativiteitstheorie van Einstein, die veel aanhangers telt, stelt, dat tijd verband houdt met materie en ruimte. Dus de tijd in het algemeen moet zijn begonnen met materie en ruimte.

Photo copyrighted. All rights reserved. Aangezien God, per definitie de Schepper is van het ganse universum is Hij de Schepper van de tijd. Derhalve is Hij niet gelimiteerd door tijdsdimensies, die Hij immers zelf schiep. Hij heeft geen begin—God is ‘de Hoge en Verhevene, die de eeuwigheid troont’ (Jesaja 57:15). Daarom is Hij ook door niets teweeggebracht.

Dat het universum een begin heeft daarentegen, kan worden aangetoond door de wetten van de Thermodynamica, de meest fundamentele wetten van de physica.

Als de totale hoeveelheid massa-energie gelimiteerd is en de hoeveelheid werkbare energie afneemt, kan het universum niet voor altijd hebben bestaan, anders zou het reeds lang alle bruikbare energie hebben uitgeput—Het zou de hittedood gestorven zijn. Bij voorbeeld, alle radioactieve atomen zouden vervallen zijn, elk deel van het universum zou dezelfde temperatuur hebben en geen enkele activiteit was meer mogelijk.

De voor de hand liggende gevolgtrekking is dus, dat het universum een bepaalde tijd geleden ontstond met een hoeveelheid werkbare energie en nu afloopt.

Photo copyrighted. All rights reserved.

Wat nu als de vraagsteller accepteert dat het universum een begin had, maar dat het daarom nog niet teweeggebracht hoeft de zijn door iets of iemand? Het is eigenlijk overduidelijk, dat alle dingen die een begin hebben, ergens door moeten zijn teweeggebracht.—Niemand ontkent dit feitelijk als hij er over nadenkt. De hele wetenschap en de geschiedenis zou in elkaar storten als de wet van oorzaak en gevolg er niet meer was. En wat dacht je van de wetgeving? Stel dat de politie geen dader meer zou zoeken als er ergens een doodgestoken mens zou liggen of als ze een huis vonden waarin was ingebroken.

Het universum kan ook niet vanzelf ontstaan zijn—er is niets, dat zichzelf kan scheppen, want dat zou betekenen, dat het zou bestaan voordat het bestond, dat is een absurditeit uit het oogpunt van de logica.

In samenvatting

Tegenwerpingen

Er zijn slechts twee manieren om een argument aan te vechten:

  1. Toon aan dat het logisch niet klopt

  2. Toon aan, dat tenminste een van de premissen (aannames, vooropstellingen) niet juist is.

Is het argument juist?

Een juist argument is een argument, waarbij de premissen waar zijn en de conclusie fout. Let wel: de juistheid van de argumenten hangt niet af van de waarheid van de premissen, maar van de vorm van het argument. Het argument in dit artikel is juist, het is van dezelfde vorm als: Alle walvissen hebben een ruggengraat; Moby Dick is een walvis; daarom heeft Moby Dick een ruggengraat. Dus, de enige hoop voor een scepticus is te argumenteren over een of beide premissen.

Zijn de premissen waar?

1. Heeft het universum een begin?

Opvattingen over een slingerend universum waren vroeger erg populair bij atheïsten zoals de bekende Carl Sagan en Isaac Asimov enkel en alleen maar omdat ze wilden vasthouden aan hun dogma, dat het heelal geen begin had, en dus ook geen Schepper. Maar, zoals hierboven aangetoond is, de wetten van de Thermodynamica halen dit argument onderuit. Zelfs de these van een slingerend universum kan niet onderbouwd worden met deze wetten. Al die hypothetische cycli zouden de voorraad werkbare energie nog meer uitgeput hebben.

Het houdt in, dat elke cyclus groter en langer moet zijn dan de vorige, dus als je terugkijkt in de tijd zouden de cycli kleiner en kleiner worden. Het multicyclale model zou een toekomst zonder einde hebben, maar een verleden met een begin.2

Al redenerend zien we dus meerdere bewijslijnen, waarlangs we kunnen aantonen, dat er veel te weinig massa voor zwaartekracht is om de uitdijing te stoppen, zelfs voor het alleen maar opstarten van de cyclus is er te weinig, d.w.z. het universum is ‘open’.

Volgens de gunstigste schattingen (zelfs al zouden we aannemen dat de aarde zo oud is al sommigen wel beweren), heeft het universum nog maar de helft van de massa, die nodig is voor het weer samentrekken. Dit inclusief het lichtgevende en niet-lichtgevende materiaal (dat is gevonden in de galactische halo's), met in achtneming van de mogelijke bijdrage van 'neutrino's' aan de totale massa.3

Enige van de recentelijke ontdekkingen in het kader van een ‘open’ universum betreffen het aantal lichtafbuigende ‘gravitatie lenzen’ in de lucht.4 En een analyse van het Type Ia supernova's toont aan dat het uitdijingspercentage niet genoeg vermindert om een gesloten universum mogelijk te maken.5,6 Het ziet er naar uit, dat er slechts 40-80% van de vereiste materie aanwezig is om een ‘big crunch’ te veroorzaken.

Tussen haakjes, dit lage percentage aan massa is ook een groot probleem voor de huidige modieuze flink opgeblazen versie van de ‘big bang’ theorie, want het voorspelt een massadichtheid op de drempel van instorten—een plat universum.

Tenslotte, geen enkel bekend mechanisme zou een 'bounce back' tot stand kunnen brengen na een hypothetische ‘big crunch’.7

Het is zoals de overleden Professor Beatrice Tinsley van de Yale universiteit verklaarde: 'Zelfs al zou de wiskunde zeggen dat het universum een slingerbeweging maakt, dan nog bestaat er, zover bekend, geen fysisch mechanisme om een catastrofale 'big crunch.' te keren’

Op papier en in de echte wereld van de fysica doen al die modellen van de Big Bang niets anders dan beginnen, uitzetten, ineenstorten en dat is alles.8

2. Het ontkennen van oorzaak en gevolg

Sommige fysici houden vol, dat de kwantummechanica verantwoordelijk is voor dit oorzaak/gevolg principe en dat zij iets uit niets kan doen voortkomen. Paul Davies schrijft bijvoorbeeld:

ruimtetijd kan ontstaan uit niets als gevolg van een kwantumovergangsperiode. …Deeltjes kunnen ontstaan uit het niets zonder specifieke oorzaak …Met zekere regelmaat produceert de kwantummechanica iets uit niets.9

Maar dit is een grof misbruik van de kwantummechanica. Die produceert nooit iets uit niets. Davies zelf geeft dit toe op de voorgaande bladzijden dat zijn scenario ‘niet al te serieus genomen moet worden.’

Theorieën dat het universum een kwantumfluctuatie is, gaan uit van de vooronderstelling dat er iets was om te fluctueren—hun ‘kwantumvacuüm’ is meer een kwestie van wat materie-antimaterie kan doen—niet wat 'niets' kan doen.

Zelf heb ik ook veel theoretische en praktische ervaring opgedaan met kwantummechanica (KM) door mijn doctorale dissertatie. Bij voorbeeld, Raman spectroscopie is een KM verschijnsel, uit het golfgetal en de intensiteit van de spectrale banden, kunnen we de massa's van de atomen afleiden en de constante krachten van de verbindingen die aan de banden ten grondslag liggen. Om het atheïstische standpunt vol te kunnen houden, dat het universum is ontstaan zonder aanleiding, zou men moeten ontdekken dat de Ramanbanden ontstaan zonder te worden veroorzaakt door overgangsperiodes in de kwantumtrillingsstatus, of alfadeeltjes die verschijnen zonder pre-existente kernen, enz.

Als KM zo a-causaal is als sommigen menen, dan zouden we nooit mogen aannemen, dat deze verschijnselen logisch zijn. Dan kan ik net zo goed mijn dissertatie verbranden en alles wat geschreven is over spectroscopie was dan waardeloos, evenals elk nuclear fysisch onderzoek.

En als er geen veroorzaker is, kan men ook niet uitleggen waarom dit speciale universum ontstond op een speciale tijd, of waarom het een universum werd en geen banaan of kat, om maar iets te noemen. Er bestaat geen enkele eigenschap in het universum, dat verklaart waarom nou precies dit specifieke universum zó ontstond.

Is een schepping door God wel rationeel te verklaren?

Een laatste wanhopige tactiek van sceptici om een theïstische conclusie te omzeilen is, om te beweren, dat schepping in de tijd incoherent is. Davies wijst er terecht op, dat aangezien de tijd zelf is begonnen met het begin van het universum, het zinloos is om te spreken over wat er gebeurde voordat het universum begon. Maar hij houdt vol, dat er oorzaken aan vooraf moeten zijn gegaan. Dus, als er niets begon voordat het universum begon, dan is het (nog steeds volgens Davies) zinloos om over een oorzakelijk begin van het universum te spreken.

Echter de filosoof (en Nieuw Testamenticus) William Lane Craig, zegt in een bruikbare kritiek op Davies,10 dat Davies hierin gebrek toont aan filosofische kennis. Filosofen hebben lang gediscussieerd over het begrip van simultane veroorzaking. Immanuel Kant (1724-1804) gaf daarbij het voorbeeld van een gewicht, dat rust op een kussen en dat tegelijkertijd het kussen indrukt. Craig zegt:

Het eerste tijdsmoment is het moment van Gods creatieve daad en van het gelijktijdige ontstaan van de schepping.

Sommige sceptici stellen, dat al deze analyses slechts pogingen zijn, omdat de wetenschap nu eenmaal zo in elkaar steekt. Dus kan dit niet gebruikt worden als argument om een schepping door God te bewijzen. Natuurlijk kunnen sceptici niet van twee walletjes eten. Eerst zeggen dat de Bijbel het bij het verkeerde eind heeft, om dat de wetenschap dat bewezen heeft, maar als de wetenschap dan blijkt overeen te komen met de Bijbel, ineens poneren dat de wetenschap in een experimenteel stadium zit in dit opzicht.

Een laatste gedachte

De Bijbel vertelt ons, dat tijd een dimensie is die God heeft geschapen en waaraan de mens onderworpen is. Hij zegt zelfs ook, dat er een dag zal komen dat de tijd niet langer bestaan zal. Dat wordt dan de eeuwigheid genoemd. Godzelf woont buiten de dimensie die Hij schiep (2 Tim. 1:9, Titus 1:2). Hij woont in de eewigheid en is niet onderhavig aan de tijd. God had het over geschiedenis, voordat de geschiedenis ontstond. Hij kan Zich door de tijd bewegen zoals een mens door een geschiedenisboek heenbladert.

Omdat we in deze tijdsdimensie leven is het voor ons onmogelijk om echt helemaal te begrijpen dat dingen geen begin en eind hebben. We accepteren gewoon het feit en we geloven in Gods concept van de eeuwigheid op dezelfde wijze als we het concept geloven dat ruimte geen eind en geen begin heeft—door te geloven—zelfs ofschoon die gedachten heel veel vergt van het onvolmaakte onderscheidingsvermogen van onze hersenen.

Paul S. Taylor, aangepaste versie van de auteur Ray Comfort

Meer hierover lezen

Meer informatie kan men vinden in de volgende werken. Jammer genoeg stellen ze zich te vriendelijk op tegenover de onschriftuurlijke ‘big bang’ theorie met zijn miljard jaren van dood, lijden en ziekte voordat Adam zondigde. Maar de bovenstaande argumenten komen wel perfect overeen met de theorie van een recente schepping in zes achtereenvolgende normale dagen, zoals de Bijbel ons leert.

  1. Craig, W.L., Apologetics: An Introduction (Chicago: Moody, 1984).
  2. Craig, W.L. online artikel “The Existence of God and the Beginning of the Universe” http://www.leaderu.com/truth/3truth11.html
  3. Geisler, N.L., Christian Apologetics (Grand Rapids, Michigan: Baker, 1976).

Referenties en aantekeningen

  1. Eigenlijk heeft het woordje ‘cause’ (veroorzaking) meerdere betekenissen in de filosofie. Maar in dit artikel, gebruik ik het als de efficient cause, (de efficiente veroorzaking, de belangrijkste bewerker die veroorzaakt dat iets wordt gemaakt. Terug naar de tekst

  2. Novikov, I.D. and Zel’dovich, Ya. B., "Physical Processes Near Cosmological Singularities", Annual Review of Astronomy and Astrophysics, 11:401-2 (1973). Terug naar de tekst

  3. Schramm, D.N. and Steigman, G., “Relic Neutrinos and the Density of the Universe,” Astrophysical Journal, 243:1-7 (1981). Terug naar de tekst

  4. Watson, A., “Clusters point to Never Ending Universe,” Science, 278 (5342):1402 (1997). Terug naar de tekst

  5. Perlmutter, S. et al., “Discovery of a supernova explosion at half the age of the universe,” Nature, 391(6662):51 (1998). Perspective by Branch, D. Destiny and destiny. Same issue, pp. 23-24. Terug naar de tekst

  6. Glanz, J., “New light on the fate of the universe,” Science, 278 (5339):799-800. Terug naar de tekst

  7. Guth, A.H. and Sher, M., “The Impossibility of a Bouncing Universe,” Nature, 302:505-507 (1983). Terug naar de tekst

  8. Tinsley, B., "From Big Bang to Eternity?", Natural History Magazine (October 1975), pp. 102-5. Cited in Craig, W.L., Apologetics: An Introduction (Chicago: Moody, 1984), p. 61. Terug naar de tekst

  9. Davies, P., God and the New Physics (Simon & Schuster, 1983), p. 215. Terug naar de tekst

  10. Craig, W.L., "God, Creation and Mr. Davies," Brit. J. Phil. Sci. 37:163-175 (1986). Terug naar de tekst

Auteur: Jonathan Sarfati, Creation Ministries International. Eerst gepubliceerd in: Creation Ex Nihilo Technical Journal 12(1):20-22, 1998.

Copyright © 1998, 2003, Creation Ministries International, All Rights Reserved - behalve als aangegeven in bijgaand “Usage and Copyright” bladzijde, die gebruikers van ChristianAnswers.Net users het recht verleend om deze bladzijden te gebruiken voor thuis, persoonlijk getuigenis, kerken en scholen. Illustraties en layout copyright, 2003, Films for Christ

Vertaald door: Josine

Vertaalupdate: 24 August, 2022

Aanbevolen lectuur

Creation SuperLibrary.com
Scheppings SuperBibliotheek